donderdag 19 november 2020

Ben Nevis Mike Tyson / Gerards

 Verstandig mens als ik ben, nam ik voor deze Mike (Loki) Tyson Ben Nevis, 6 jaar oud en een lichte 61,3% op de teller, eerst maar een core range (10YO op 46%) om in de stemming te komen. Het gebeurt immers niet elke week dat je maat een vat bottelt en je medeplichtig maakt door je om een review te vragen. Voorbereiding is alles.


Tussen de twee bennen in even wat volkorenkoekjes met chocolade; een goede buffer, leek me zo.

Dat bleek deels te kloppen. Maar daarover later meer.

Ik werkte ooit in een frisdrankfabriek. Eén van de geintjes die met sukkels als ik werd uitgehaald was dat je werd uitgedaagd om te proeven van de stroop die de basis was voor hectoliters cola. Natúúrlijk deed ik dat; ik wilde een man tussen de mannen zijn, me niet laten kisten, mijn mannetje staan en er was geen vallei wijd, brug ver, uitdaging groot, rivier diep of berg hoog genoeg (vrij naar Ike en Tina) om daar tussen komen.

Tot de dag van vandaag voel ik die ervaring nog. De stroperige bruine kit uit een blik zonder opschrift - dat had al een waarschuwing moeten zijn - brandde en smolt mijn smaakpapillen weg als waren het sneeuwvlokken in de Sahara. Wekenlang heb ik ontbeten met Madame Jeanette-pepers in mijn muesli - geen probleem. Die ervaring heeft mijn mond gelouterd - in zoverre dat ik me niet meer laat foppen en extreme prikkels als zodanig beschrijf en niet goedpraat.

Whisky van 61,3% alcohol is leuk bedacht maar schiet zijn doel voorbij. Het smaakt vrijwel allemaal naar strohrum. Ik realiseer me dat er nu mensen staan te steigeren maar goed, hadden ze maar paard moeten worden, dan was ik misschien onder de indruk geweest. Ik ben geen groentje meer, qua whisky weet ik inmiddels echt wel waar ik het over heb.

Dat gezegd hebbende, nu deze Ben Nevis. De koekjes hielpen. Heus, ik kan het aanraden. Desondanks blijf ik bij mijn betoog hierboven; whisky waar je je op moet voorbereiden als op een olympische finale vraagt mijns inziens meer commitment dan een glas sterke drank verdient. De eerste keer dat ik me aan deze waagde vond ik het helemaal niks, juist door de heftigheid ervan, en was het te doen met een plons water. Vanavond neem ik hem eerst puur en valt hij (erg, eerlijk is eerlijk) goed.

De neus is aangenaam zacht en verbergt het percentage op een plezierige manier. Appel, abrikoos, vanille, gedroogde zuidvruchten, superbe. En klaar is hij allerminst. Amandel, witte chocolade, caramel, en dan verschijnt er een lichte kruidige geur die je aanhoudend doet snuffelen (mijn vrouw vond er het hare van, dat gesnuif boven een glas). Melasse, stroop, onmiskenbaar, altijd verbonden aan de 55+ percentages, dwingt tot water. En dat is geen goed idee bij deze, er gaat veel verloren aan de geur, water brengt niets extra's.
De smaak! O ja, de smaak! Zoete appel met gekarameliseerde suiker, aardbei, appelstroop, suiker - details ontbreken bij deze betrekkelijk zachtmoedige aanval - maar een aanval, desalniettemin. De geur is veelbelovender dan de smaak, zeker op vatsterkte.
Opnieuw een bodempje, nu met water. Waar de geur verloren gaat na verdunning is de verdunde versie in de mond een stuk draaglijker en ronduit aangenaam. Een pepertje omringt het geheel; er is wat rook; daarnaast amandel, abrikoos, perzik, zachtromig, met vanille, als in een toetje.
De afdronk is best lang, niet droog, peperig, met wat as op de tong.

Conclusie van dit epistel:
Dit is een ingewikkelde whisky. Met of zonder water, al dan niet voorbereid, groot verschil tussen neus en mond, het is oprecht grondig testmateriaal. Als je wat wil leren over whisky is dit een onderdeel van het VWO-examen. Ruik, ruik, ruik, proef, proef, proef, water, proef, proef, proef. Dat is zo'n beetje mijn advies. Lekker? Zéker. Interessant? Buitengewoon. Prijs-kwaliteit? Voortreffelijk. Waardering? 85 punten.